Samen met het Instituut naar het Grondwettelijk Hof met betrekking tot het vetorecht van de vader

19 januari 2015

Op 26 november 2014 diende het Instituut een verzoek in bij het Grondwettelijk Hof om een wetsartikel over de naamsoverdracht te laten vernietigen. Dit artikel bepaalt dat de vader een vetorecht heeft wanneer er onenigheid is tussen de ouders over de familienaam van hun kind. Geïnteresseerde belanghebbenden kunnen zich aansluiten bij deze procedure.

De wet van 8 mei 2014 die de naamsoverdracht aan kinderen wijzigt, maakt het mogelijk voor ouders om de achternaam van de moeder én/of de vader aan hun kind te geven.

Deze regelgeving is van toepassing op alle kinderen die geboren zijn vanaf 1 juni 2014. Voor de kinderen geboren vóór 1 juni 2014 werd er een overgangsmaatregel ingevoerd. Ouders beschikken over een termijn van één jaar om bij de burgerlijke stand de naam van hun kind(eren) te wijzigen.

Beide ouders moeten hun toestemming voor de familienaam of –namen van hun kind geven. Indien één van de ouders niet akkoord gaat, wordt automatisch de naam van de vader gegeven. Deze bepaling discrimineert vrouwen en daarom heeft het Instituut op 26 november 2014 een beroep ingediend bij het Grondwettelijk Hof (persbericht 28/11). Het Instituut pleit ervoor om bij onenigheid tussen de ouders automatisch de dubbele familienaam te gebruiken.

Iedereen die kan aantonen een belang te hebben in deze zaak kan zich bij deze procedure aansluiten. Dit kan op twee manieren:

Belanghebbenden kunnen zich officieel aansluiten door een aangetekende brief te versturen naar het Grondwettelijk Hof. Dit moet gebeuren voor 31 januari. Het Instituut stelt hiervoor een ontwerpbrief ter beschikking.

Aansluiten bij de procedure kan ook door een formele klacht in te dienen bij het Instituut. Het Instituut kan dan in de verdere procedure naar deze klacht verwijzen.

Geïnteresseerden kunnen voor meer informatie contact opnemen via e-mail: gelijkheid.manvrouw@igvm.belgie.be of op het tel. nr. 02/233 41 75.